FAQ

Het FJC zet in op IFG-dossiers met een uiteenlopende ernstgraad.
We werken met een sporensysteem.

SPOOR 1 = Consult of doorverwijzing
Als professional kan je bij verontrusting inzake IFG bij het FJC terecht voor
advies.

SPOOR 2 = Casusopvolging door de FJC-medewerkers
Wanneer een consult niet volstaat, kan het FJC in overleg met de aanmelder
een traject opstarten. De verontrusting wordt afgetoetst bij de verschillende
partners en er wordt bevraagd welke hulpverlening al lopende is. Op basis
van de noden van het cliëntsysteem wordt beslist of (extra) hulpverlening
nodig is. Het cliëntsysteem wordt vanaf de opstart actief betrokken. FJCmedewerkers
volgen het traject op.

SPOOR 3 = Multiprobleem- en hoogrisicosituaties die een
intensieve ketenaanpak vereisen stromen door naar de Korte Keten/
casuscoördinatie.

De Korte Keten werkt volgens het samenwerkingsprotocol dat door de
verschillende partners werd ondertekend. We leggen alle informatie over een
gezin samen, we maken een gezamenlijke risico-inschatting en stellen een
Plan van Aanpak op. Iedere partner neemt hierin vanuit zijn eigen expertise
een rol op. De Korte Keten biedt een aanklampende casusregie die door één
van de ketenpartners wordt opgenomen. In de Korte Keten worden gezinnen
minimaal gedurende een jaar opgevolgd.

Visuele weergave van het stroomdiagram: stroomdiagram

1. Heb een open houding en alertheid met betrekking tot signalen IFG
2. Geef de cliënt de gelegenheid om over het geweld te praten.  

Vraag bijvoorbeeld naar:

– Concrete situaties die voor spanningen zorgen?
– Wat de aanleiding kan zijn tot het geweld?
– Soort geweld (fysiek, psychisch, seksueel, economisch, ..)?
– Start en frequentie van het geweld?
– Zijn de kinderen betrokken?
– Waar zijn zij tijdens het geweld (slachtoffer, getuige)?
– Met wie kan de cliënt erover praten?
– Hulpbronnen?
– Waar kan de partner terecht met vragen en problemen?
– Welke diensten zijn al betrokken op het gezin (huisarts, politie, hulpverlening, ..)?
– Wat zijn de verwachtingen van de cliënt?

Informeer naar de veiligheid van de cliënt (en van de kinderen en/of andere belangrijke derden). Hoe bedreigend is de situatie? Kan de cliënt terugvallen op eigen netwerk? Is dit veilig?

1. Geef informatie over hulpmogelijkheden. Bekijk wat je eigen hulpverlening kan bieden. In een acute situatie: Bel politie (101 of 112). Bij nood aan verder overleg kan ook advies ingewonnen worden bij andere diensten, bijvoorbeeld interne cel IFG CAW. interne cel IFG OCMW, Vertrouwenscentrum Kindermishandeling, ..
2. Informeer de cliënten over hun rechten. Aangifte bij politie, denk eventueel aan een tolk. Medische hulp en laten attesteren van letsels, hou best zelf kopies bij. Verwijzen naar juridische dienst voro ondersteuning (advocaat, BJB). Rekening houden met een eventueel onzeker verblijfsstatuur (ACM, advocaat, …)

(gebaseerd op de Veiligheidskaart IFG opgesteld door dienst IFG – CAW Antwerpen)

De Korte Keten is een samenwerking tussen hulpverleningsdiensten en justitiële diensten.  Wij zitten samen rond de tafel en bekijken hoe we gezinnen waarin geweld is, het best kunnen helpen.

Stap voor stap wordt gewerkt aan een oplossing om het geweld in jouw gezin te stoppen.  Dit doen we samen met jou en je gezin.

Eerst leggen we alle informatie die we hebben over jouw gezin samen.  Daarna maken we op de Korte Keten een plan op.  We bespreken dit plan samen met jullie.
We willen ervoor zorgen dat het geweld in jouw gezin stopt en dat alle gezinsleden zich terug veilig voelen.

Je krijgt een vaste aanspreekpersoon (de casusregisseur) die alle stappen opvolgt en die contact heeft met alle diensten.